©oupeyeinfo.be
In 1850 had Luik geen haven die naam waardig, geen pakhuis of overslagplaats. Slechts enkele oevers boden de mogelijkheid om goederen aan te meren en over te laden. Sindsdien hebben talrijke werken de loop van de Maas veranderd, maar het beheer van alle havengronden, kaaien en oevers van Luik bleef onsamenhangend.
In 1937 richtte de Staat de Autonome Haven van Luik op en belastte deze met het beheer van verschillende openbare havens.
In 1939 werd het Albertkanaal ingehuldigd op de Internationale Watertentoonstelling. De scheepvaart in de Mosane, die toen beperkt was tot 600 ton, steeg tot 2.000 ton, waardoor Luik niet alleen Antwerpen en de Noordzee, maar ook Rotterdam kon bedienen.
Sinds 1964 is er al meer dan vijf miljoen ton overgeslagen in openbare havens!
In 1969 werd het werkgebied van de Port Autonome de Liège uitgebreid tot de hele industriële regio van Luik, d.w.z. van Engis, stroomopwaarts van Luik, tot Visé. Hierdoor werd het exploitatiegebied uitgebreid van 20 tot meer dan 40 km. Een rechtstreeks gevolg van deze uitbreiding is dat de overslag nu 17,7 miljoen ton bedraagt.